De politietesten voorbereiden

De sollicitatieprocedure van de Nederlandse politie bestaat uit een serie politietesten. Het is
een zware toelatingsprocedure die uit veel verschillende stappen bestaat. De procedure
bestaat uit zeven losse politietesten, en op elk daarvan moet je voldoende scoren om kans
te maken om aangenomen te worden. De politietesten zijn zo uitgebreid omdat er van een
agent nogal wat vaardigheden en persoonlijke eigenschappen worden gevraagd. Hij of zij
moet bijvoorbeeld in goede conditie zijn en een redelijk intelligentieniveau hebben, maar
moet ook het karakter hebben om kalm te kunnen blijven en snel op te treden in een
crisissituatie. Tijdens veel uiteenlopende politietesten worden al deze eigenschappen – en
meer – bij jou getest.
De politietest wordt deels in jouw regio afgenomen, maar voor de twee belangrijkste
selectiedagen (die ook wel deel A en B worden genoemd), zal je naar de politieacademie van
Amsterdam of Apeldoorn gaan. In dit artikel bespreken we belangrijke onderdelen van de
politietesten. Als je de politietesten gaat afnemen is het sterk aan te raden om je van
tevoren zo goed mogelijk in te lezen, en de onderdelen thuis voor te bereiden. Voor het ene
onderdeel van de politietesten is dat makkelijker dan voor het andere.

 

Inhoudsopgave


Welke politietesten kan je verwachten

We bespreken in deze tekst een paar van de ingewikkeldste onderdelen van de
toelatingsprocedure van de politie. De procedure bestaat uit de volgende politietesten.

  1. Eerste toetsing – dit is een eerste beoordeling van jouw sollicitatie. Een commissie
    besluit of je deel mag nemen aan de sollicitatieprocedure.
  2. Eerste selectiedag – deze selectiedag bestaat uit het programma Bewust Blauw, dat
    als doel heeft om jouw motivatie en verwachtingen over het beroep van agent tegen
    het licht te houden.
  3. Tweede selectiedag – op deze dag vinden de politietesten Deel A plaats. Die bestaat
    uit een cognitieve vaardighedentest, een taaltoets en een sporttest.
  4. Derde selectiedag – deze dag, ook wel politietesten Deel B genoemd, staat in het
    teken van jouw persoonlijkheid. Je krijgt een psychologische test, een gesprek met
    een psycholoog, en je neemt deel aan een rollenspel waarbij je als agent optreedt.
  5. Eindgesprek – dit is een sollicitatiegesprek waarbij je ook een korte presentatie houdt
    over jezelf en je motivatie om bij de politie te solliciteren.
  6. Medische keuring – door een onafhankelijke arts wordt onderzocht of jij fysiek
    voldoet aan de eisen qua gezondheid en fitheid die er aan een agent worden gesteld.
  7. Screening – er wordt achtergrond onderzoek gedaan naar jouw betrouwbaarheid en
    integriteit. Ook krijg je een huisbezoek.

 

De eerste selectiedag

De eerste selectiedag van de politietesten duurt een halve dag, en bestaat uit een
programma dat Bewust Blauw heet. Het doel van het programma is om jouw motivaties voor
je sollicitatie te onderzoeken, en te kijken of jij een realistische verwachting van het beroep
hebt. Bij het programma Bewust Blauw neem je in een groep van zo'n 8 tot 15 kandidaten
samen stellingen door. Daarbij kan je erachter komen dat je al een uitstekend idee hebt van
hoe de beroepspraktijk in elkaar zit. Of juist dat het beroep toch anders is dan je in eerste
instantie dacht. Ook gaan jullie oefenen met het optreden als agent. Jullie doen voor hoe
jullie een ingewikkelde situatie op straat zouden oplossen. De rest van de groep mag daar
commentaar op leveren, en samen bespreken jullie wat een goede grondhouding is voor een
agent.

Tijdens de eerste selectiedag krijg je de gelegenheid om vragen te stellen aan de aanwezige
politiemedewerkers. Die zullen jou ook confronteren met je motivatie, en je erop wijzen fat
het beroep van agent gevolgen heeft die andere beroepen niet hebben. Je moet er
bijvoorbeeld rekening mee houden dat agenten altijd een neutrale uitstraling moeten
hebben. Tekenen van geloof en zichtbare lichaamsversieringen, zoals piercings en tattoos,
zijn bijvoorbeeld niet toestaan. Ook kan het toetreden tot het korps gevolgen hebben voor
jouw sociale leven. Wat vind je familie en je vrienden er bijvoorbeeld van dat je agent wil
worden? Het programma Bewust Blauw geeft je nieuwe inzichten en helpt je om na te gaan
of jij de juiste keuze maakt door bij de politie te solliciteren.

 

Cognitieve test

De cognitieve test is eigenlijk een iq-test. Er wordt bij dit onderdeel van de politietesten


gekeken hoe goed je bent in het combineren van letters woorden en cijfers. Deze
oefeningen dienen als maatstaf om te bepalen hoeveel basiskennis jij hebt en hoe snel en
soepel je deze kennis in de praktijk kunt brengen. Het cognitieve testonderdeel van de
politietest vul je net als een examen op een computer in. Er zijn drie onderdelen die er als
volgt uitzien.
  1. Een test met letterpatronen. Bij de test met letterpatronen staan er telkens
    verschillende reeksen letters of lettergrepen op het scherm die door elkaar zijn
    gehusseld. Jouw doel is om van deze willekeurige volgordes een kloppend woord te
    maken. Als er bijvoorbeeld het rijtje letters ECNHAMI verschijnt, dan moet jij daarvan
    het woord MACHINE maken. En van de lettergrepen GE-TEN-BIED-BUI kun je het
    woord BUITENGEBIED samenstellen. Een andere soort opdracht die bij deze test aan
    bod komt zijn het compleet maken van woorden waaruit bepaalde letters zijn
    weggelaten. Je krijgt dan bijvoorbeeld het woord ST.NDPL..TS te zien. Jij moet dan uit
    de klinkers U, E en A de juiste letter kiezen die je op de lege plekken kunt invullen om
    er weer een kloppend woord van te maken.
  2. Test met relaties tussen woorden. Deze test is een meerkeuzeonderdeel. Je krijgt een
    woord te zien, en je moet aangeven welke van vier mogelijke woorden andere het
    juiste synoniem voor dit ene woord is. Of soms moet je juist het complete
    tegenovergestelde van het eerste woord aangegeven in de antwoorden. Door deze
    test juist te beantwoorden kan je laten zien hoe groot jouw woordenschat is, en dat
    je tot in details begrijpt wat verschillende woorden betekenen.
  3. Test met cijferpatronen. Hierbij worden je basisvaardigheden op het gebied van
    rekenen getest. Er wordt je bijvoorbeeld gevraagd om in een bepaalde getallenreeks
    het ontbrekende getal of het volgende getal in de reeks aan te wijzen. Ook krijg je
    simpele rekensommen die je moet oplossen. Het is voldoende om voor deze test te
    kunnen optellen en aftrekken, vermenigvuldigen en delen, kwadrateren en
    worteltrekken.

 

Psychologische test

Een van de politietesten is een psychologische test. Het beroep van politieagent is een
sociaal beroep en een hectisch beroep. Je moet met veel verschillende mensen interacteren,
ook met mensen die boos, agressief, verdrietig of bang zijn. Het is van het grootste belang
dat jouw persoonlijkheid er een is die deze snel wisselende en soms heftige situaties aankan.
Ook wordt bij deze psychologische test gekeken wat jouw angsten zijn, wat voor soortpersoonlijkheid je hebt en hoe jij reageert in extreme situaties. Verder wilde politie weten


hoe jij met andere mensen omgaat, of jij ze kunt kalmeren, beïnvloeden, leiding kunt geven en hoe jij met anderen samenwerkt. Je wordt dus onder andere getest op je flexibiliteit, op je geduld, op je samenwerking en op je reacties onder stressvolle omstandigheden.

De psychologische test bestaat uit twee onderdelen.

  1. Je krijgt een persoonlijk gesprek met een psycholoog, waarin er een schets van je
    persoonlijkheid wordt gemaakt. In dit onderdeel wordt je gevraagd om te beschrijven
    hoe je in het verleden hebt opgetreden in crisissituaties en onder zware
    omstandigheden. Als je ooit een traumatiserende gebeurtenis hebt meegemaakt,
    dan wil de psycholoog dat ook van je horen.
  2. Ten tweede wordt er met behulp van een persoonlijkheidsvragenlijst een beeld
    gevormd van jouw omgangsstijl, handelswijze en betrouwbaarheid. Daarbij moet je
    telkens aangeven, welke van twee stellingen over jezelf voor jou het meest
    herkenbaar is.
    Veel kandidaten vinden deze testen moeilijk. Als je online zorgvuldig doorleest wat er van je
    verwacht wordt en wat voor soort vragen je moet beantwoorden, dan ben je alvast gewend
    aan de vorm van de test. Zo kan je je beter concentreren op de inhoud van de vragen bij de
    echte test. Het is bij deze test heel belangrijk dat je jezelf niet anders voordoet dan je bent.
    De politie wil weten wat ze aan jou hebben en op welke punten ze jou eventueel nog bij
    kunnen sturen.

 

Taaltoets

De taaltoets test je taalvaardigheid. Het is voor een agent van belang om geschreven
informatie snel te kunnen doorgronden, en om een begrijpelijk rapport of proces-verbaal te

kunnen opstellen. Deze taaltoets, die wel wat lijkt op het examen Nederlands van de


middelbare school, test jouw vaardigheden op deze gebieden. Hij bestaat uit vier losse testen. Bij de voortoets krijg je vier korte tekstjes, die in moeilijkheid oplopen. Er wordt hierbij gekeken hoe goed je bent in begrijpend lezen. Van sommige woorden ontbreken namelijk een aantal letters, of zelfs het halve woord. Jouw opgave is om door de betekenis van de zin te bepalen, welk woord er niet afgemaakt is.

Bij de leestoets moet je een aantal teksten lezen waarover meerkeuzevragen worden gesteld. Het is de bedoeling dat je de teksten doorleest, de hoofdpunten opmerkt, en de strekking van de tekst kunt doorgronden. Er wordt gekeken of je feiten en meningen uit elkaar kunt houden en of je de motivatie van de schrijver kunt nagaan. Dit is dus een test om
na te gaan of je geschreven informatie correct kunt interpreteren.

Bij de schrijftoets moet je zelf teksten schrijven. Dan kan je bijvoorbeeld gevraagd worden
om een verslag op te stellen, of om een samenvatting te maken van een grotere tekst of
losse gegevens. Daarbij wordt gelet op de inhoud van jouw tekst en of die de juiste
boodschap overbrengt. Maar het is hier ook van belang dat je de juiste woorden en
zinsopbouw gebruikt, en een goede spelling en grammatica hanteert.

 

Sporttest

De sporttest is een van de moeilijke onderdelen van de politietesten. Hoe goed je ook bent
in de andere onderdelen, als je niet aan de minimumkwalificaties voor fitheid en conditie
voldoet kan je de sporttest niet halen. Dat maakt je ongeschikt als politieagent. Gelukkig is
de sporttest bij uitstek een onderdeel waar je zelf thuis op kunt trainen en je kunt
verbeteren. Als je niet zeker weet of je fit, snel en sterk genoeg bent voor de sporttest, dan
is het verstandig om ruim (maanden) van tevoren thuis te gaan trainen.

Er zijn verschillende soorten oefeningen en sporten die je conditie verbeteren, specifieke
spiergroepen versterken, en je zo kunnen helpen om de sporttest met goed gevolg af te
leggen. De sporttest bestaat uit 5 rondes, waarbij je veel verschillende bewegingen moet
maken. Je wisselt telkens af tussen de bewegingen en wisselt ook af tussen rust en actief
bezig zijn. Het is van belang dat je voor deze test kunt sprinten en langere tijd kunt rennen,
kunt tillen en zware voorwerpen kunnen verplaatsen, snel kunt wenden en keren met je
lichaam en kunt bukken, springen en klimmen.

 

Trainen voor de sporttest

Thuis kun je je op verschillende manieren voorbereiden.

  • Denk je dat je niet sterk genoeg bent voor de onderdelen waarbij je moeten tillen of
    zware objecten moet verplaatsen? Dan kun je gaan gewichtheffen en push-ups of sit-
    ups gaan doen. Deze oefeningen versterken verschillende spiergroepen in je lichaam
    waardoor die krachtiger worden.
  • Denk je dat je niet hard of lang genoeg kunt rennen? Dan is het een goed idee om te
    gaan hardlopen of te gaan sprinten. Probeer daarbij telkens dezelfde afstand in korte
    tijd af te leggen, of binnen bepaalde tijd telkens een grotere afstand af te leggen.
  • Snel kunnen wenden en keren kan je oefenen door heen en weer te rennen tussen
    twee punten die redelijk dicht bij elkaar te liggen. Ook hierbij probeer je telkens een
    beter resultaat te halen.
  • En als je moeite denkt te hebben met de onderdelen springen, bukken en klimmen,
    dan zou je kunnen gaan trainen op een obstakelkoers of stormbaan. Daarbij moet je
    ook deze bewegingen maken en telkens afwisselen.

 

Betrouwbaarheidsonderzoek

Het betrouwbaarheidsonderzoek wordt ook wel de screening genoemd. Dit is een onderdeel
waarvoor jij niet actief hoeft in te zetten – de politie verricht dit onderzoek op eigen houtje
na de politietest. Het betrouwbaarheidsonderzoek kan zo’n 6 weken in beslag nemen. De
politie wil hierbij meer weten over jouw persoonlijke leven. Het is onder andere van belang
dat je geen strafblad hebt – als je een strafblad hebt dan kan je niet als politieagent werken.
Er wordt tijdens de screening ook gekeken of je financiële schulden hebt. De gegevens
hierover worden opgevraagd bij het Bureau Krediet Registratie (BKR). Verder krijg je nog een
huisbezoek, waarmee politiemedewerkers een indruk willen krijgen hoe jouw thuissituatie
is. Hierbij zullen ze ook vragen stellen over de volgende onderwerpen:

  • jouw financiële situatie
  • je hobby’s en vrijetijdsbesteding
  • je mening over maatschappelijke vraagstukken
  • je sociale omgeving, dus met wat voor soort mensen jij omgaan

 


Nog meer oefenen
Wil je nog meer oefenen? Doe dan de  Politietest Coaching. Met de  Politietest Coaching kun je tegen een vergoeding levenslang veel gebruikte onderdelen van een IQ test onbeperkt oefenen. Op die manier zorg je er voor dat je beter presteert op een assessment en je zult hoger scoren voor een IQ test en de andere onderdelen.  Klik hier om verder te gaan